Groente-uil – Lacanobia oleracea
De Groente-uil heeft meerdere Nederlandse namen:
- Groente-uil
- Kruizemuntuil
- Kruizemuntvlinder
- Tomatenmotje
Ook bij de wetenschappelijke namen zijn er meerdere bekend:
- Lacanobia oleracea
- Mamestra oleracea
- Polia oleracea
- Diataraxia oleracea
- Hadena oleracea
Uit het boek Vlinderwereld waar de vlinder Kruizemuntvlinder wordt genoemd, de volgende tekst:
Dit is een der vele Noctuae of Uilen, die zeer veelvuldig in ons land voorkomen en jaarlijks twee generaties vormen. Uit de poppen, die overwinterd hebben, komen in Mei de vlinders, zoodat ze dan en in Juni in grooten getale in de nabijheid van onze bouwlanden bij avond rondvliegen, om hier of daar een plekje voor hunne groenachtige kogelvormige eitjes te zoeken. Daaruit komen dan nog in laatsgenoemde maand de rupsen, die hun vraatzucht botvieren niet alleen aan melde, waarop ze in onze afbeelding zijn voorgesteld, maar ook aan allerlei landbouwgewassen, zooals bieten, kool en sla, waarna ze in Juli en Augustus verpoppen en het tweede geslacht van vlinders doen ontstaan, dat nog in Augustus en September de tweede generatie van rupsen levert, die, na op hunne beurt braaf geoogst te hebben wat niet voor hen gezaaid was, in poptoestand rust nemen tot het volgende voorjaar.
Het vlindertje is een allergewoonst uiltje met donkerbruine thorax en voorvleugels, en lichter en grijzer achterlijf en achtervleugels; van de uilenmerken zijn de ronde en de niervlek nog al goed te zien, doordat ze een weinig licht omzoomd zijn en de laatste in ’t midden wat geelbruin is. Het meest in ’t oog valt echter de golflijn, die een fijn bijna wit streepje vormt en een eveneens fijne maar goed uitkomende letter W aan den zoom teekent, hoewel lang niet zoo fraai, forsch en zwierig als die van de later te behandelen Hadena monoglypha, den G r a s w o r t e l v l i n d e r. Die golflijn en de donkerbruine franje aan de voorvleugels, met een rij donkere streepjes daarvoor, doet den buitenrand dier vleugels als keurig mooi afgewerkt voorkomen.
De vraatzuchtige rupsen komen, zooals zoo vele, zoowel in een groen als in een bruin kleed voor, doch altijd draagt dit op den rug drie min of meer donkere strepen en aan elke zijde een gele lengtestreep, terwijl op elken ring een paar zwarte of zwartgeringde stipjes te vinden zijn.
Nog schadelijker misschien, doordat zij nog algemeener in ons land voorkomt dan deze Mamestra oleacea of S l a u i l, is de Mamestra brassicae of K o o l u i l, die een verderf voor vele groenten is en tot in het hart van de kool weet door te dringen. De rups is wat grooter en kan nog wat meer kleurwisselingen vertoonen, terwijl de vlinder, die ook G e e l s t r e e p v l i n d e r genoemd is, mede een duidelijke lichte golflijn met een W-versiering bezit, terwijl de niervlek nog helderder wit omrand is dan bij den hier afgebeelden K r u i z e m u n t v l i n d e r.
Wat dezen laatsten naam betreft, dien heeft Jan Christiaan Sepp onzen vlinder gegeven, omdat hij in 1798 de rupsen te Amsterdam voor het eerst met kruizemunt opkweekte, doch zij voeden zich ook met een groot aantal andere planten.