Hokusai – Impu Mon In no Ôsuke (Sukeko)

misebaya na
Ojima no ama no
sode dani mo
nure zo nureshi
iro wa kawaraji

 

hij zou ze moeten zien,
zelfs de mouwen van vissers
uit Ojima,
die keer op keer nat worden
zijn minder verkleurd dan die van mij

 

Hokusai - Impu Mon In no Ôsuke (Sukeko)

 

DICHTER

Haar eigen naam is Sukeko. Zij was de dochter van Fujiwara no Nobunari en diende in het gevolg van Impu Mon In, de titel van de keizerlijke prinses Ryôshi.

 

GEDICHT

Met de natte mouwen bedoelt de dichter de mouwen waarmee ze haar tranen afveegt waardoor deze nat worden. Door de vissersvrouwen in haar gedicht op te nemen omzeilt ze het cliché dat de natte mouwen in een gedicht in haar tijd waren geworden

Het gedicht is geschreven tijdens een wedstrijd met als thema ‘natte mouwen’, waarbij een jongeman een klassieke tanka voorlas. Dit vers was het antwoord van Sukeko.

 

AFBEELDING

Het middelpunt op de afbeelding zijn de drie vrouwen die met opgestroopte mouwen en ieder een mand in de handen die de weg op klimmen vanaf een lager gedeelte. Op de weg wordt juist een afgemat paard verzorgd door zijn begeleider. De man rechts is een koopman, met zijn koopwaar in de manden die hij draagt door middel van een stok over zijn schouder, die net passeert.

 
 

Overzicht gedichten en schilderijen uit deze serie