Paarse Korstzwam – Chondrostereum purpureum

Paarse Korstzwam - Chondrostereum purpureum

 

 

 

In het Verkade-plaatjesalbum Paddenstoelen stipt Jac.P. Thijsse de Paarse Korstzwam even aan:

Paarse Korstzwam - Chondrostereum purpureum

De eigenlijke korstzwammen verdienen hun naam door boomstammen en paaltjes als met een korst te bekleeden. Sommige blijven jaar in jaar uit vlak tegen hun schors aangeplakt, dat zijn de Melkwitte en de Vleeschkleurige Korstzwam (Corticium lacteum) en (Corticium incarnatum), andere laten bij droogte heelemaal los en schrompelen weg, b.v. de Donkerpaarse Eiken-korstzwam (Corticium quercinum) en de wasachtige Harszwam (Corticium giganteum), die op dennen voorkomt en werkelijk voor zijn doen reusachtig groot kan worden. Een heel mooie oranje korst, dikwijls aardig met paars gestreept, vormt de Oranje Aderzwam (Phlebia aurantiaca), meest op zieke beuken.

Andere korsten krullen aan één kant buitenwaarts om en gelijken dan oppervlakkig wel wat op Polyporus-soorten, doch zijn vertoonen nooit gaatjes. Deze deels omgekrulde korstzwammen heeten S t e r e u m en zij maken in den winter een flink figuur door hun sneeuwwitte, bruine, purperen, gele randen en lijsten. We hebben een paar van die taaie knapen voor u afgebeeld en wel de Purper-Korstzwam (Sterum purpureum) en de Gele Korstzwam (Stereum hirsutum).