Blinde bij – Eristalis tenax
ndanks de naam ‘Blinde Bij’ is dit een zweefvlieg. En hij is ook niet blind. Aangenomen wordt dat de omschrijving ‘blind’ in zijn naam is ontstaan omdat hij twee verticale haarbanden op elk oog heeft en waarvan men dacht dat die het zicht belemmerden.
Ik heb veel foto’s van deze zweefvlieg, wat inhoudt dat hij vaak te zien is in onze tuin, kennelijk staat er een bloemensoort of plant waar hij blij van wordt.
De zweefvliegen die in de winter in Nederland blijven zijn dan te vinden in grotten of bunkers. Alleen de vrouwtjes overleven de winter, de mannetjes niet. Er is een groot aantal dat naar het zuiden trekt in de winter.
In de eerste Verkade plaatjesalbums wordt nog gepraat over ‘zweefvliegen’ in algemene termen, maar in 1934, bij het plaatjesalbum De bloemen en haar vrienden zijn al verschillende soorten zweefvliegen te zien. Onderstaande tekst is van Jac.P. Thijsse, met een afbeelding van C.Rol:
Een groote menigte van zweefvliegen zijn geel met zwart geteekend en herinneren daardoor aan wespen. Andere weer gelijken door hun lichaamsbouw en beharing veel op hommels en er is er één, die door grootte, kleur en zelfs door houding zoozeer op een honingbij gelijkt, dat zelfs het groote publiek, de spraakmakende gemeente, dat heeft gemerkt en hem den aardigen naam van Blinde Bij heeft gegeven, daarmee bedoelende, dat de vlieg op een bij lijkt, maar niet kan steken.
Het bijvoeglijk naamwoord blind vervult hier dus dezelfde taak als het ‘doove’ in Doovenetel. Deze Blinde Bij is een van de Rotjeszweefvliegen. Die leggen hun eieren in slooten en poelen en dan komen daaruit heel merkwaaridge silindervormige larven met een lang uitstulpbaar staartstuk, dat ze naar de oppervlakte van het water kunnen brengen en dan halen ze daardoor adem.