Schaapje – Lactarius vellereus
Het Schaapje is onder meerdere wetenschappelijke namen bekend:
- Lactarius vellereus
- Agaricus vellereus
- Galorrheus vellereus
In het boek De paddenstoelen van Nederland staat de volgende beschrijving van het Schaapje:
Lactarius vellereus (Fr.) afgeleid van vellus of schapenhuid, n.a. van de wollige oppervlakte der zwam.
Syn.: Agaricus Listeri, Agaricus acris, Agaricus piperatus
De hoed is vleezig, bol, dan vlak, ingedrukt, trechtervormig met langen tijd omgebogen rand, droog, vuil wit, later bleek, roodachtig, of bleek roodbruin, zonder gordels, donzig of bedekt met een fijne wol, 10 à 20 cM. breed.
De steel s gevuld, grof, kort, onderaan smaller, fluweelig, glad, witachtig 2 à 6 cM. lang.
De plaatjes staan wijd uiteen, gewoon of gevorkt, vrij dik, bochtig, eerst wit, dan licht geel, eindelijk rossig, vooral wanneer zij gebroken zijn.
Het vleesch is vast, wit, wordt soms even licht zxwavelkleurig om dan weer wit te worden, riekt onaangenaam, de smaak is nog scherper dan die van ‘piperatus’ maar toch wordt de zwam hier en daar gegeten.
De melk afscheiding is zeer gering, de kleur wit en de smaak scherp.
Van Augustus tot September dikwijls in troepen te vinden in schaduwrijke bosschen.
In het Verkade plaatjesalbum beschrijft Jac.P. Thijsse het Schaapje op de volgende manier:
De giftigste melkzwam lijkt weer op de eetbare Oranje Melkzwam. Deze Giftige Melkzwam (L. torminosus) heeft echter geen oranje, maar witte melk en zijn hoed kan wel oranje zijn, maar ook wel lichter en heeft altijd een omgerolden ruigen rand en lijkt daardoor wel op een andere melkzwam, die wij het Schaapje noemen (Lactarius vellereus). Dit Schaapje onderscheidt zich weer van de Giftige doordat het geen kringen op zijn hoed heeft; de Giftige wel.